Tags

, , , , ,

Enkele jaren geleden kocht ik bij een antiquariaat in Utrecht deze fraaie illustraties voor ‘Le plus bel amour de Don Juan’. Vrij vertaald: ‘De mooiste verovering van Don Juan’. Na lang zoeken ontdekte ik onlangs dat de ongesigneerde prenten zijn gemaakt door de Italiaanse kunstenaar Gio Colucci.

Maar eerst wat meer over het verhaal. Le plus bel amour de Don Juan is een van de zes verhalen uit de omstreden novellebundel Les Diaboliques van de Franse schrijver Jules-Amédée Barbey d’Aurevilly (1808-1889). Barbey d’Aurevilly was een voorloper van het decadentisme en wordt wel gezien als de schakel tussen de zwarte romantiek en het symbolisme.

Franse graaf
Le plus bel amour de Don Juan gaat uiteraard over Don Juan, de legendarische vrouwenversierder die rond 1620 voor het eerst opduikt in het boek El Burlador de Sevilla van de Spaanse schrijver Tirso de Molina. In de 19e-eeuwse versie van Barbey d’Aurevilly is Don Juan echter een Franse graaf, een reïncarnatie van de eeuwige Don Juan. Als de graaf een dagje ouder wordt, wordt hij uitgenodigd voor een (laatste) avondmaaltijd met twaalf van zijn voormalige adellijke minnaressen. In het gezelschap van zijn vrouwelijke “discipelen” blikt hij terug op zijn leven. Wie (van hen) was zijn grootste liefde, willen de vrouwen weten.

Gio Colucci 1923, illustratie voor Le plus bel amour de Don Juan: de graaf omringd door zijn adellijke minnaressen, die willen weten wie van hen zijn grootste liefde was. Bekijk de afbeeldingen groter door erop te klikken.

Wonder
Hierna krijgt het verhaal een wending. Want de vrouw die Don Juan als zijn mooiste verovering beschouwt, is niet een van de opgedirkte dames aan tafel. Nee, Don Juan, ziet zelf de verleiding van de vrome 13-jarige dochter van een van zijn minnaressen als zijn grootste prestatie. Het gelovige meisje dat aanvankelijk niets van hem wil weten, vertelt op een dag tijdens haar biecht dat ze zwanger is van Don Juan. Het wonder zou gebeurd zijn toen ze op een avond – vlak nadat de graaf was opgestaan – in zijn nog warme stoel ging zitten. Daarna stond haar lichaam in vuur en vlam en wist ze dat ze zwanger was.

Gio Colucci 1923, illustratie voor Le plus bel amour de Don Juan: het meisje staat in vuur en vlam, ze is zwanger van Don Juan. In de strook onderaan de illustratie is een landschap afgebeeld met een fallus en twee duivelachtige figuren die samen de liefde bedrijven.

Satanische verleider
Dit verhaal heeft, zoals u waarschijnlijk al wel tussen de regels door heeft gelezen, opvallende overeenkomsten met het Nieuwe Testament. Denk aan het laatste avondmaal en de twaalf discipelen van Jezus en aan de onbevlekte ontvangenis van Maria. Alleen is Don Juan geen messias maar een satanische verleider. Hij schept er extra genoegen in om een jong, onschuldig meisje te verleiden. Het motto van de novelle luidt niet voor niets: ‘Le meilleur régal du diable, c’est une innocence’. Wederom vrij vertaald: ‘Onschuld is de grootste traktatie voor de duivel’.

Gio Colucci 1923, illustratie voor Le plus bel amour de Don Juan: een van de minnaressen van de graaf, waarschijnlijk de moeder van het 13-jarige meisje. De scène onderaan laat een landschap zien met een kerkhof en een vrouw met een spiegel in de hand. Dit verwijst naar haar ijdelheid, die de vergankelijkheid niet kan stoppen.

Femme fatale
Maar natuurlijk kun je het verhaal ook van een andere kant bekijken. Want hoe onschuldig was het meisje nu echt? Koesterde de dochter in het geheim misschien warme gevoelens voor de minnaar van haar moeder? Heeft ze Don Juan bewust verleid en is er veel meer tussen hen gebeurd, dan dat de graaf zijn oude minnaressen wil doen geloven? Hiermee roept de schrijver het bekende beeld op van de femme fatale, de vrouw die al vanaf haar geboorte geneigd is naar het kwade en de man hierin meesleept, een populair thema in de laat-19e-eeuwse literatuur. Ook in de andere verhalen in Les Diaboliques spelen duivelse vrouwen een hoofdrol.

Félicien Rops, 1882 - Le plus bel amour de Don Juan

Félicien Rops, 1882 – Le plus bel amour de Don Juan

Oproer
Hoewel Barbey d’Aurevilly zich in zijn voorwoord opwierp als een goed katholiek die zijn lezers wilde waarschuwen voor de verleidingen van het kwaad, ontging het zijn tijdgenoten niet dat hij er wel erg veel genoegen in schepte om tegen heilige huisjes te schoppen. Toen Les Diaboliques in 1874 voor het eerst in boekvorm verscheen, zorgde het boek dan ook voor grote beroering. Enkele dagen later werden alle niet-verkochte exemplaren door de overheid in beslag genomen. Het duurde tot 1882 voordat het werk opnieuw werd uitgegeven en sindsdien zijn er in het Frans ontelbare publicaties geweest. Een van de mooiste uitgaven is de tweede druk met illustraties van de Belgische fin-de-siècle-kunstenaar Felicièn Rops.

Gio Colucci 1923, kopstuk op de eerste pagina van Le plus bel amour de Don Juan, met een erotische scène.

Gio Colucci
Maar terug naar onze illustraties van Gio Colucci, of zoals hij zichzelf in Frankrijk ook wel noemde: Géo Colucci. Colucci, geboren in 1892 in Florence en gestorven in 1974 in Parijs, was opgeleid aan de École des Beaux-Arts in Parijs. Aanvankelijk werkte hij van 1914 tot 1917 als architect in Caïro, waar hij naar verluid een aantal bordelen zou hebben gebouwd. Daarna keerde hij als schilder en graficus terug naar Parijs, waar hij deelnam aan grote exposities als de Salon d’Automne en Salon des Súrindépendants.
Colucci was echter vooral succesvol als boekillustrator. In de jaren 20 verzorgde hij de illustraties bij bibliofiele uitgaven van Franse schrijvers als Barbey d’Aurevilly, Pierre Loti, Guy de Maupassant en Octave Mirbeau. Hierbij werkte hij geregeld samen met zijn broer, Guido Colucci, die naast schrijver ook uitgever was.

Les plus bel amour de Don Juan, titelpagina

Titelpagina
De bibliofiele heruitgave voor Le plus bel amour de Don Juan kwam uit in 1923 bij uitgeverij La Connaissance. Het was Colucci’s tweede boekproject en zijn etsen voor Don Juan zijn mijn inziens zeer geslaagd. Voor de titelpagina (zie de afbeelding hierboven) maakte hij een illustratie van een androgyne maskerkop met aan weerszijden een rij naakte vrouwen die een kroon dragen, waarmee zij het masker (symbool voor de mannelijke liefde) als het ware vereren. Grappig detail zijn de twee kussende vrouwen links die zich onttrekken aan het tafereel en meer interesse voor elkaar lijken te hebben. Colucci’s titelpagina ademt helemaal de sfeer van de Franse art deco. Vooral de wijze waarop hij een zekere losheid combineert met een strenge stilering en symmetrie is knap gedaan.

Gio Colucci 1923, illustratie voor Le plus bel amour de Don Juan: het meisje is bezeten door de liefde van Don Juan. Het grijnzende doodshoofd onderaan de afbeelding voorspelt weinig goeds voor de afloop van het verhaal.

De andere illustraties bij het verhaal ogen moderner dan de titelpagina. Colucci’s prenten hebben een krachtige symbolistische uitstraling. Hij slaagt er goed in om de donkere karaktertrekken van de personages te verbeelden. Zo laat de afbeelding hierboven treffend zien dat het meisje bezeten is van haar liefde voor Don Juan, die met een duivelse blik op haar neerkijkt. Het eronder afgebeelde grijnzende doodshoofd voorspelt weinig goeds voor de afloop van het verhaal. Met deze kleine krabbelachtige scènes onderaan zijn illustraties geeft Colucci extra duiding aan zijn werk. Zo zien we onder de illustratie van het zwangere meisje een landschap met een fallus en twee duivelachtige figuren die samen de liefde bedrijven. Toch zijn het geen uitgesproken erotische prenten en richt Colucci zich vooral op de psychologische kant van het verhaal.

Meer weten over Les Diaboliques? Bekijk ook de tweede druk met illustraties van Félicien Rops.